Cart

Total
$ 0.00

Sandy’s Bijbel Overdenking

Jan 27, 2025 • By Sandy Shoshani

SANDY’S OVERDENKING:

Wees mij genadig, o GOD, wees mij genadig,

want bij U schuilt mijn ziel.

Ik schuil in de schaduw van uw vleugels,

totdat het verderf voorbij getrokken is.

Ik zal roepen tot GOD, de Allerhoogste,

tot God, die het voor mij tot een goed einde brengen zal.

Hij zal mij vanuit de hemel redding brengen,

wie mij wil verslinden, zal Hij te schande maken. Sela.

GOD zal zijn liefdevolle vriendschap en zijn trouw zenden.

Mijn ziel bevindt zich te midden van leeuwen,

ik lig bij mensenkinderen die zijn als brandende fakkels,

van wie de tanden zijn als speren en pijlen,

hun tong als een scherp zwaard.

O GOD, verhef U boven de hemelen,

breng uw heerlijkheid over heel de aarde,

Zij hadden een net voor mijn voeten gespannen,

mijn ziel ging gebukt.

Zij hadden een kuil voor mij gegraven,

zelf zijn zij er middenin gevallen. Sela.

O GOD, mijn hart is vastbesloten, vastbesloten is mijn hart.

Ik zal zingen en psalmen zingen.

Word wakker, mijn heerlijkheid!

Word wakker, harp en lier!

Ik zal het vroege morgenlicht wakker maken.

Ik zal U danken onder de volken, o mijn Heer,

psalmen zingen voor U onder de volkeren.

Want uw liefdevolle goedheid reikt tot aan de hemelen,

uw trouw tot aan de wolken.

O GOD, verhef U boven de hemelen,

breng uw heerlijkheid over heel de aarde.

Psalm 57:2-12

Zijn broers en heel het huis van zijn vader hoorden het en zij daalden daarheen naar hem af. Iedere man die in moeilijkheden zat en iedere man die een schuldeiser had en iedere man die bitter gestemd was, zij allemaal kwamen naar hem toe en hij werd hun leider. Er waren ongeveer vierhonderd mannen bij hem. 1 Samuël 22:1,2

Eliab, zijn oudste broer hoorde hem met de mannen spreken. De woede van Eliab laaide op tegen David en hij zei: “Waarom ben je afgedaald? Bij wie heb je de kleine

kudde schapen en geiten in de woestijn achtergelaten? Ik ken je overmoed en de slechtheid van je hart, want je bent afgedaald om naar de strijd te komen kijken.” David zei: “Wat heb ik nu gedaan? Het was alleen maar een vraag?”

1 Samuël 17: 28,29

Deze Psalm werd geschreven toen David op de vlucht was voor Saul en zich in een grot verborg. Aan het begin lezen we dat David om genade en hulp voor de ramp bad, bang voor zijn leven. Maar vanaf vers vijf gaan zijn ogen omhoog van de ramp naar Gods glorie. Zijn lied gaat van wanhoop naar lofprijzing en aanbidding. Opmerkelijk is dat VIER HONDERDEN MANNEN, MET INBEGRIP VAN ZIJN FAMILIE, zich bij hem voegen in de grot van Adullam. David was in het verleden door zijn familie geminacht - zowel toen Samuel naar het huis van hun vader Jesse ging om uit te zoeken welke broer koning zou worden, als toen David met Goliath ging vechten. Ondanks Davids nood en situatie in Adullam komen er vierhonderd verontruste, financieel geplaagde en ongelukkige mensen naar hem toe! David veranderde deze ontevreden mannen in: MACHTIGE MANNEN VAN DAPPERHEID, GETRAIND VOOR DE STRIJD, DIE DE SPEER EN HET SCHILD KONDEN HANTEREN, WIER GEZICHTEN WAREN ALS DE GEZICHTEN VAN LEEUWEN EN ZIJ WAREN SNEL ALS GAZELLEN..." 1 Kronieken 12:8. Dit is een verbazingwekkende getuigenis van Davids karakter. David was een leider die wist hoe hij de harten en het gedrag van mannen moest veranderen, net zoals hij zijn eigen hart veranderde van neerslachtigheid in hoop. “Dit zijn het soort mannen die naar David kwamen: bedroefd, failliet, ontevreden. Dit zijn het soort mensen dat tot Christus komt en zij zijn de enige mensen die tot Hem komen, want zij hebben hun nood, hun schuld en hun bankroet herkend en zijn zich ervan bewust dat ze volkomen ontevreden zijn. Alleen al de druk van deze frustraties drijft hen naar de toevlucht van het bloed van Christus dat voor hen werd vergoten.” (Redpath). Mogen wij, net als David, onze ogen van nood naar hoop richten en dan diegenen zijn die helpen om de harten van anderen op dezelfde manier te helen.